Bij veel spellen is het eenvoudig om zelfs een jonger kind aan te moedigen om wiskundig te denken. Speel met blokken met verschillende vormen; zoek naar legoblokjes met een bepaalde kleur; bouw grote en kleine blokkentorens; tel de vingers en tenen van uw kind; of ga het aantal stappen naar voren dat een dobbelsteen aangeeft.
Als uw kind van nature nieuwsgierig is, kunt u hem of haar voorzichtig introduceren tot de wondere wereld van rekenen, aangezien dit het denkvermogen van uw kind helpt ontwikkelen en het helpt de wereld te begrijpen.
De dingen die het kind heeft geleerd vormen de basis voor het leren van nieuwe dingen. Om een interesse in rekenen te behouden is het belangrijk dat het kind een goede basis heeft en er stapsgewijs mee verder gaat. Kleine succeservaringen moedigen het kind aan om meer te leren!
Eerst leert een kind om een bepaald aantal dingen aan een bepaald woord te koppelen, zoals “een”, “twee”, “drie”, enz. Zodra het kind deze woorden gebruikt om te tellen, kan hij of zij al snel de hoeveelheid aan het juiste getal koppelen.
- Spellen waarbij de spelers het aantal stappen naar voren bewegen dat wordt aangegeven op een dobbelsteen ondersteunen deze vaardigheid.
- Probeer het aantal treden van een trap, het aantal auto’s op een parkeerplaats of de bloemblaadjes van een bloem te tellen.
Het is ook gemakkelijk om tijdens het spelen al wat op te tellen of af te trekken.
- Ik heb 1 legoblokje en ik neem er nog 2, dus nu heb ik 3 legoblokjes. Of: ik heb 3 erwten, ik eet er 1, dus nu heb ik 2 erwten.
Naast getallen en hoeveelheden, gaat wiskundig denken ook over het vergelijken, organiseren en herkennen van vormen, evenals het concept van locatie.
- U kunt in alledaagse situaties hoeveelheden vergelijken. “In welke kom zitten meer aardbeien? Hebben ze nu hetzelfde aantal aardbeien?”
- Het ’s avonds opruimen van de kamer van het kind kan ook een spelletje worden wanneer u dit combineert met wat organisatie. “Laten we eerst alle zachte dingen verzamelen en laten we alle rode dingen hier zetten.”
- De woordenschat en het denkvermogen van een kind ontwikkelen zich wanneer de volwassenen de juiste termen gebruiken. In plaats van te vragen, “Kun je me dat blokje daar geven?”, kunt u vragen, “Kun je me dat ronde blokje achter de doos geven?”
In de kindertijd leggen mensen de basis voor wiskundig denken, wat een positieve houding tegenover wiskunde bevordert, zelfs wanneer het kind ouder wordt.
Wij raden aan
